verhalenbundel NENA te koop bij elke (online) boekhandel, waaronder Bol.com
Fictie: proza / thriller / misdaad.
Non fictie: non-fictie nautisch verhaal, levensverhaal van voormalig Koopvaardij Kapitein Hulsman / historie- achtergrondverhaal Noordwijkse vuurtoren.
tekstfragment:
BROERS
Ruim voor de schemer invalt, ben ik bij het laatste herkenningspunt. Het komt overeen met de beschrijving. Het smalle pad leidt naar een ophaalbrug. Ik ben voorbij de voormalige jachtwerf die nu dienstdoet als schroothoop. Hier loopt het pad dood. Ik parkeer onder aan de dijk. De boot, waar ik straks mijn opdracht zal uitvoeren, moet vlakbij zijn.
Als ik uitstap, mijn zwarte cape omsla en mijn tas over mijn schouder hang, sta ik tot aan mijn enkels in de drassige Zuid-Hollandse klei. Mijn laarzen zuigen vacuüm, met moeite trek ik ze los. Het is herfst. Over een uur is het donker. Ik pak een koffer uit de achterbak en loop de dijk op. De lange dijk zonder bomen is eentonig. De gepluimde rietstengels langs de oever nemen het zicht weg. De boot, een opgebouwde tuindersvlet, is laag van model. Verderop valt er een brede opening in de rietkraag. Ik loop stevig door. De koffer is zwaar, de wieltjes er onder zijn nutteloos in het hoge gras. Mijn arm begint pijn te doen, ik wissel van hand. Bij het weggeknipte riet ligt de boot. ‘Zeemeerman’ staat op het houten bordje dat aan de stuurhut hangt. De naam klopt met die op de huurovereenkomst. Ik moet bijna een meter overbruggen om binnen te komen, er is geen loopplank. In een uitgeholde baksteen, dicht bij de ingang van de boot, ligt volgens afspraak de sleutel. Er zit een witte miniatuur plastic boei aan vastgeklemd. Ik strek mijn arm zover ik kan om met mijn hand bij de deur te komen. Het slot in de gammele voordeur is verweerd maar draait soepel tweemaal linksom. Ik open de deur. De boot ligt niet stil in de sterke waterstroom. Als ik in het gapende gat tussen oever en drempel kijk, lijkt de rivier meters diep. Ik slinger mijn koffer naar binnen en neem een sprong. Ik beland op de brede planken van de vloer. Waarschijnlijk sloophout, ik zie teerresten en gaten van schroeven. De loopplank ligt binnen, direct om de hoek. Ik leg hem op de plek waar hij hoort, tussen wal en schip, en schuif de plank zo dat de deur op een kier blijft staan.
Het is klam en koud in de neutraal ingerichte boot. Geen foto’s, geen bewijs van een hobby, geen boeken of prullaria. Hier zou iedereen met wat eigen inbreng zich thuis kunnen voelen. De meubels zijn ooit mooi geweest, een klok aan de wand staat stil op precies 12.00 uur.


